Gepubliceerd op

Hoe maken we het voor families in het museum nog beter?

Ik ben ontwerper. Eén van de vragen waar ik veel mee bezig ben, is hoe we het voor families in het museum nog beter maken. In dit blog deel ik wat ik nu weet en denk. Het onderzoek speelde zich in meerdere contexten af: in lessen, in mijn werk met diverse opdrachtgevers en partners en in mijn eigen praktijk.

Wat willen we?

Eén van de belangrijkste taken van een museum is haar collectie te laten zien aan het publiek. Bij dat laten zien wordt meestal iets uitgelegd en hopelijk krijgt de collectie dan betekenis voor de bezoeker.

Optie 1: het basisproces

In dit hele proces zijn er vaak drie stappen, in deze volgorde:

  • het museum laat mensen iets zien
  • het museum geeft (extra) informatie
  • de bezoeker vindt persoonlijke betekenis in het getoonde werk

Maar museumbezoek lukt niet altijd even goed. Dat staat zo af en toe in de krant. We kijken maar kort. Heel kort. En dan raakt het meenemen, of het voelen van de (persoonlijke) betekenis, misschien zoek. We kijken ongeveer 30 seconden naar een kunstwerk. En als we het informatiebordje erbij lezen gaat dat van de 30 seconden af. Er lijkt geen tijd over te blijven of gelegenheid te zijn voor het vinden van persoonlijke betekenis.

Wij denken dat museumbezoek vaak te moeilijk is. En dat dit misschien de oorzaken kunnen zijn:

  • Mensen zijn echt heel verschillend; je kunt ze niet op demografie of leerstijlen indelen. Dat betekent dat informatie die je wilt overbrengen nooit naar één doelgroep geschreven kan worden. Want je weet nooit echt wie je bezoekers zijn.
  • Mensen zoeken altijd een persoonlijke relatie met wat je wilt laten zien, maar je weet niet wie ze zijn en je weet niet wat ze zoeken. Dus hoe doe je dat?
  • Musea hebben topstukken, maar bezoekers vinden topstukken niet perse altijd het mooist. En dan is het niet fijn naar topstukken te ‘moeten’ kijken. (Zo begrijp ik echt niets van de Mona Lisa; ik voel het niet, ik zie het niet, ik vind er niets aan.)

Voor families proberen we dat op te lossen. We hebben gemerkt dat één van de oplossingen kan zijn dat de traditionele volgorde impressie > informatie > betekenis wordt omgegooid. Ik deel graag wat voorbeelden.

We weten natuurlijk dat geen enkel museum lijkt op een ander. En dat een kunstmuseum niet te vergelijken is met een science center of een historisch museum. Maar toch denk ik dat we genre-overstijgend een aantal denkexperimenten kunnen doen. Lees onderstaande dan ook ter inspiratie. En onderzoek of je er in jouw museumpraktijk iets mee kunt.

Optie 2: wat als je informatie en betekenis tegelijk geeft?

Met NEMO hebben we daar een onderzoek naar gedaan tijdens het maken van de app OntdekNEMO. Zij hadden gezien dat families niet altijd echt samen aan het ontdekken waren, maar dat ouders veel meer de faciliterende rol hadden. Of dat ouders in hun telefoon gedoken zich wat aan het leerproces onttrekken. Lukt het om families echt samen te laten werken tijdens hun museumbezoek? Uitkomst was dat het heel goed kan, maar dat je dan de traditionele volgorde impressie > informatie > betekenis moet aanpassen.

Setting: de app is gratis te downloaden in het museum en draaide op de telefoon van de ouders.

We laten families iets zien (impressie), en meteen daarna gaan families zelf en samen aan de slag, ze gaan heel snel heen en weer tussen informatie en betekenis. Ze doen samen onderzoek en maken zo de brug tussen informatie (zelf gevonden) en betekenis (zelf bedacht). De app helpt daarbij door sappige vragen te stellen: vragen waar niemand het antwoord op weet, maar waar je wel samen het antwoord op kunt vinden.

Sappige vragen zijn bedacht door het Exploratorium in San Francisco en verlengen en verdiepen een museumbezoek. Met het Klokhuis maakte ik er een app over.

Optie 3: wat als je informatie als laatste geeft?

In een workshop voor Mocca Amsterdam hebben we met de collectie van het Rijksmuseum onderzocht of het een goed idee is, eerst de betekenis in de bezoeker te vinden, en pas daarna meer informatie te geven. Wordt de informatie dan relevanter?

Het werk van Mark Mieras bracht ons op deze gedachte: hij schrijft in zijn boek Ben ik dat hele mooie dingen over het geheugen. Hij zegt dat geheugen is als kralen rijgen. Als er een ketting is waar de nieuwe ervaring aan geregen kan worden, wordt het een herinnering. Is er geen ketting, dan rolt de ervaring weg.

Veel informatie is teveel als er nog geen ketting voor is. Wat gebeurt er als we eerst een bestaande ketting verder rijgen en pas daarna de informatie aanbieden? Past het dan wel?

Dit is Paris Hilton op een red carpet. Een iconisch beeld dat iedereen meteen herkent en kan duiden: rijk, socialite. Haar gezicht hebben we vervangen met dat van Maria Trip; de it-girl uit de gouden eeuw. We zien een rijke socialite (betekenis) en kunnen dan vertellen over Maria Trip: informatie! En die is ineens heel relevant. Een mooie manier om een collectie naar bijvoorbeeld jongeren te brengen.

Optie 4: en wat als we de informatie weglaten?

Het Kröller-Müller Museum gaat nog een stukje verder: wat als je de informatie helemaal weg laat? Is een museumbezoek dan nog steeds waardevol?

Dat hebben ze onderzocht met hun fantastische Museumdobbelspel. Een kijkinstrument voor families waarmee ze met behulp van een dobbelsteen samen kijken en vreemde vragen beantwoorden over kunst. Effect is heel vrolijk en geconcentreerd museumbezoek.

We zijn enorm fan. Ik schreef daar al eens over.

Optie 5: en wat als we de informatie als allereerste geven?

Informatieoverdracht zit niet perse in het Museumdobbelspel. Maar hoe je dat kunt doen is wel een belangrijke vraag. Daar hebben we in een ander project samen over nagedacht. Wat zou er gebeuren als we de informatie wel geven, maar thuis, in een rustige en vertrouwde omgeving.

Inspiratie hiervoor was flipping the classroom: een onderwijs concept waarin de informatie thuis bekeken wordt en het samenzijn in de klas als moment voor discussie en duiding wordt gebruikt. In het bezoeken van de tentoonstelling van Jeroen Bosch had ik daar in een privé setting al eens mee geëxperimenteerd.

Met het Kröller-Müller Museum flipten we het museumbezoek: de voorbereiding thuis, het museumbezoek als moment voor verdieping en betekenis.

Hoe werkt dat?

Families gaan op blind date met een kunstwerk uit het museum.

  • Ze krijgen een pakketje met opdrachten thuisgestuurd. De opdrachten gaan over een kunstwerk, maar ze weten niet welk.
  • Families doen kennis op tijdens het uitvoeren van de opdrachten en de betekenis groeit doordat ze ermee bezig zijn. Maar ze weten nog steeds niet over welk werk het gaat!
  • Pas daarna gaan ze naar het museum en zien ze het werk waar ze al die tijd over hebben nagedacht. De ontmoeting met het echte werk is het hoogtepunt. De impressie is dus het allerlaatste.
Thuis samen tekenen: naar abstractie
Ontmoeting met het werk!

In de eerste testfamilies werkte het concept goed. Ze vonden het erg leuk om de kaarten in de post te krijgen, dat voelde vooral voor de kinderen als een cadeautje. En tijdens de ontmoeting met het kunstwerk was de kijktijd langer. Gesprekken over het werk waren inhoudelijk en onderzoekend. Families weten meer, hebben het echt samen beleefd en konden beter kijken.

Dus: liefde

Het blijkt dat je op veel manieren over volgordes in musea kunt nadenken. En dat het de moeite waard is bestaande stappen van museumbezoek eens om te gooien. Al is het alleen maar als een experiment. Wij hebben van deze projecten echt veel geleerd!

Kern is wat ons betreft dat je altijd vanuit liefde ontwerpt en veel vertrouwen geeft aan je bezoekers. Dat zij echt altijd het startpunt zijn en tijdens het hele project centraal blijven staan. En dat je ze niet ziet als doelgroep (zij), maar gewoon als mensen. Net als jij.